Ben je een handige doe-het-zelver en heb je bouwplannen? Dan is casco bouwen wellicht iets voor jou. Je aannemer zet de volledige woning, maar jij zorgt zelf voor de vloer, betegeling, binnendeuren, de keuken en de sanitaire toestellen. Je kunt er een aardige cent mee uitsparen én je woning is sneller klaar. Tenminste, als je alles goed timet.
Het verschil tussen casco en ruwbouw-winddicht
Casco wordt vaak verward met een ruwbouw-winddichtafwerking, maar er zijn toch enkele wezenlijke verschillen. Bij casco zijn voorzieningen als stopcontacten, lichtschakelaars, de verwarmingsinstallatie, verluchting, chape en bezetting afgewerkt. In het geval van ruwbouw-winddicht moet de bouwheer daar zelf voor zorgen. Met andere woorden: ruwbouw-winddicht is een pak méér werk dan casco. Vandaar ook dat deze laatste afwerking aan populariteit wint. Je moet er niet al te technisch of handig voor zijn, maar je kunt er toch aardig wat geld mee besparen.
De voordelen van casco op een rij
- Je kiest zelf je leveranciers. Je hebt dus volledige keuzevrijheid wat betreft de materialen.
- Sla je zelf aan het klussen (of heb je een handige harry in de familie), dan heb je geen vakman nodig, wat je honderden euro’s uitspaart.
- Als je een strakke timing aanhoudt (en op hulp van vrienden en familie kunt rekenen), is je woning snel klaar.
Schat je kluskwaliteiten goed in
Toch ook deze raad voor al wie een cascowoning wel ziet zitten: weet goed wat je kunt en wat niet. Zelf een vloer leggen, mag dan wel voordeliger zijn dan een vakman onder de arm te nemen, als je tegels na enkele maanden al loskomen, gaat je winst verloren. Dan betaal je op het einde van de rit allicht méér. Lever dus kwaliteit als je zelf aan de slag gaat. Heb je weinig ervaring? Dan huur je beter een vakman in.